Is het verstandig om terug te gaan naar een plek waar je goede herinneringen aan hebt? In 2013 liep ik gedurende een maand de GR10, samen met een goede vriend. Deze klassieker in de Franse Pyreneeën heb ik als een live-event ervaren. Een van de mooiste tochten was het traject van Mérens les Vals naar Lac de Bouillouses. Mede indrukwekkend door de sneeuw die dat jaar tot ver in juni een groot deel van de vallei bedekte. We liepen een dag over een dik pak sneeuw, zoekend naar de juiste route.
Vandaag loop ik dezelfde route op dezelfde dag in juni, samen met mijn vrouw. Maar de omgeving is ontdaan van het dikke pak sneeuw. De vraag is: doe je er verstandig aan om zo’n goede herinnering opnieuw te willen beleven?
Op weg naar het Lac de Bouillouses
Het kost even tijd om er te komen, maar dan heb je ook wat. Zo moet je de weg naar deze bestemming zien: als een leuk avontuur. Als je vanuit het noorden aankomt maakt de weg een grote slinger richting Andorra, om later weer terug te buigen naar de bestemming.
Kom je vanuit Perpignan dan heb je een fraaie route in een prachtig dal achter de rug. Je passeert dan tevens enkele interessante plaatsen zoals de vesting Villefranche-de-Conflent. Het is werelderfgoed en uitgeroepen tot een van de mooiste dorpen van Frankrijk (“les plus beaux villages de France“).
Als we met de auto aankomen bij ons hotel naast het grote bergmeer, hebben we onderweg al kunnen genieten van de prachtige omgeving. De sprankelende beekjes langs de weg, de velden met gele brem en het zicht op het massief van de Carlit, zijn hier debet aan.
Het hotel ligt schitterend op 2000 meter hoogte naast het grote stuwmeer. En alsof herinneringen pas naar boven komen onder bepaalde condities, herken ik de man achter de balie van mijn eerste bezoek. Ook de kamers zijn nog net als toen, dunne wandjes en een eigen douche/toilet: een luxe op deze hoogte. Gelukkig is niet alles veranderd.
De herbeleving van de GR10 richting Merens les Vals
De wandeling die we hier maken, betreft de GR10 in westelijke richting. Deze Grande Randonnée loopt langs het hotel, dus we zijn direct op de goede plek. We lopen de vallei in richting Merens les Val. Het is een etappe met beperkt stijgen en dalen en je kunt hem lopen zo ver als je wilt. De terugweg wordt namelijk in omgekeerde richting gelopen, een heen-en- weertje dus.
Het eerste deel van de route loopt langs het grote Lac de Bouillouses, een stuwmeer met een enorme dam. Je kunt het meer in 3,5 uur rondlopen. Wij kiezen de westelijke zijde van het meer en lopen hier licht stijgend over een goed begaanbaar pad. Wel oppassen voor de wortels van de dennenbomen die kriskras over het pad schieten. Er zijn schitterende uitzichten over het meer, maar pas dus op dat je niet struikelt over die stronken tijdens het kijken.
Na ongeveer 45 minuten passeren we een weide met koeien en lopen we de vallei in. Midden in dit dal loopt een rivier die het water van de omliggende bergen afvoert. Met regelmaat passeer je stroompjes en watervallen. Dit alles omgeven met grote hoeveelheden brem, zodat hele hellingen geel kleuren. Verder zien we gentianen, wat volgens mijn partner wijst op een gezond klimaat.
Vogels schieten heen en weer en we horen de alarmroep van een marmot. Deze spotten is nog best lastig. Mijn partner ‘vangt’ hem uiteindelijk met de telelens. Het dier staat doodstil op een steen. De omgeving is adembenemend mooi en de ervaring van 11 jaar geleden wordt geheel recht aangedaan.
Omkeren geeft een ander perspectief op Lac de Bouillouses
We lopen ongeveer twee uur heen en bereiken de eerste sneeuw. Lastig voor mij, maar we besluiten terug te keren. Mijn vrouw is niet helemaal fit en we staan voor een stevig stukje klimmen. Ook komt er op deze zonnige ochtend de nodige bewolking opzetten. Het kan verkeren met het weer.
Op de terugweg beleven we hetzelfde dal dus vanuit tegenovergesteld perspectief. Geenszins een straf, want de omgeving geeft het gevoel in een klassiek berglandschap te lopen zoals je die op puzzels ziet.
Toch ervaren we een dissonant: er vliegen regelmatig helikopters in het dal. Volgens een medewandelaar is er een school voor helikopterpiloten gevestigd en maken ze hier lesvluchten. Onbegrijpelijk om dit mooie stuk natuur zo te doorkruisen. En zoals het met herinneringen gaat, dit was destijds ook het geval. Alleen dachten we toen dat ze op zoek waren naar een verdwaalde wandelaar.
De bewolking trekt weg en we besluiten nog een klein stukje van de alternatieve route te lopen die aangegeven staat aan het begin van de vallei. Ik merk dat ik het moeilijk vind om deze plek te verlaten. Maar de energie is op bij partner lief. We lopen in rustig tempo terug.
Bij aankomst in het berghotel nemen we voldaan een (alcoholvrij) biertje en laten de benen tot rust komen. Wat overblijft is de bevestiging van de schoonheid van deze route.
Korte wandeling “La Pradella” naar een verstild meer
De GR10 in oostelijke richting is de route richting La Pradella. Die wandeling brengt ons in 45 minuten bij een schitterend meer. Het pad gaat voornamelijk door grasland en je komt er de nodige grazende koeien tegen. Last hebben we er niet van, ze zijn duidelijk gewend aan wandelaars. We passeren allerlei stroompjes en beekjes en soms is een sprongetje nodig om de voeten droog te houden.
Eenmaal bij het meer aangekomen, bekijken we de schuilhut die daar staat. Hier kun je gratis overnachten. De ruimte is donker en stinkt naar verkoold hout, niet echt een comfortabele plek. Maar in geval van nood… Het meer zelf trekt vissers aan, zo blijkt. Zowel in menselijke als dierlijke vorm, want ook een meeuw is druk aan het foerageren. Een mooie plek om even rustig in je op te nemen.
Via een pad, onder aan het meer lopen we terug naar het startpunt. Een comfortabele wandeling door het open veld. Paarden met enorme bellen om hun nek lopen hier rond en doen zich tegoed aan het malse berggras. Dit is lekker even relaxed lopen zonder aandacht waar je de voeten moet zetten.
De tocht langs de negen meren
Een wetmatigheid bijna, bij het lopen van een GR-route is dat je neigt tot doorgaan op die route. Ook al nodigt de omgeving aan tot blijven. Zo laat je andere wandelingen links liggen, ook al zien ze er aantrekkelijk uit. Dit had ik destijds met een wandeling die start naast ons berghotel. Nu dus revanche.
Enige nadeel is dat ik me vanochtend niet fit voel. Ik weet niet wat het is, maar soms is de enige manier om te kijken of het wandelen gaat lukken door het gewoon te proberen. Gelukkig pakt het goed uit. Gaande de tocht, die overigens start met een stevige klim over rotsblokken, knap ik op. Sterker nog, ik voel me steeds beter en kan volop genieten van de omgeving. En die is werkelijk wonderschoon.
Het leuke van deze wandeling is dat je in een relatief korte tijd van drie uur verschillende meertjes tegenkomt. Ze hebben allemaal een ander karakter en liggen natuurlijk op een andere plek, waardoor het een bijzonder afwisselende tocht wordt. Het rotsige pad is weliswaar goed begaanbaar, maar kan bij nat weer best lastig worden. Vandaag schijnt de zon volop en hebben we geen last van gladde stenen.
Op deze zaterdag is het wel een druk bewandeld pad. Mogelijk speelt mee dat op deze dag een wedstrijd is uitgezet. Hard rennend worden de bergen bedwongen door super sportieve mensen. Het mooie is dat ze tijdens het passeren nog tijd hebben voor een beleefd bonjour…
Wil je de wandeling uitbreiden dan kies je voor beklimming van de Carlit. Dan komt er wel twee uur bij aan tijd. Wij kiezen voor de rondwandeling langs de bergmeren. Uitermate geschikt voor een picknick bij een van de meertjes. Kortom je kan er prima een hele dag van maken, de omgeving leent zich ervoor.
Hoe was het om opnieuw bij Lac de Bouillouses te wandelen?
Wij verwennen ons door na afloop ‘een plankje’ als lunch te bestellen op het terras van ons hotel. De beelden van deze schitterende omgeving zijn weer geactualiseerd. Lag er 11 jaar geleden sneeuw, nu hebben de bloemen en het groen de overhand. Het blijft een betoverend mooie omgeving die een verblijf van twee nachten in deze omgeving meer dan rechtvaardigt. Van spijt is absoluut geen sprake. Zoveel jaar later is het nu een gedeelde ervaring geworden met mijn vrouw.
Praktische zaken voor een wandeling bij Lac de Bouillouses
Vanuit Perpignan met de auto bereik je dit wandelgebied in een kleine twee uur rijden. Je neemt dan de D66 richting Prades (een prachtige route) en neemt de afslag naar de D60. Het is een kleine 100 kilometer vanaf Perpignan. Boven is er voldoende parkeergelegenheid voor de auto.
Een prettig hotel waar we zelf verbleven is Les Bones Hores. Halfpension kost zo rond de € 60,00 pp.
Alternatief is Auberge du Carlit. Je kunt in dit gebied ook kamperen, zowel bij de refuge naast de Auberge als vrij in het veld.
De overnachtingen in de beschreven hotels zijn te combineren met halfpension of diner. In de hotels kun je dus ook aanschuiven voor diner. Het eten is er prima verzorgd maar eenvoudig. Wil je zelf de maaltijd verzorgen, neem dan eten mee want er zijn hier geen winkels.
Er zijn relatief veel parkeerplaatsen. De hotels hebben daarnaast nog een eigen plek voor het parkeren. Ook zijn er plaatsen voor de camper.
Je vindt meer informatie over het Lac du Bouillouses op de website van Pyrénées Cerdange Tourisme.